Een paar weken geleden stuitte ik toevallig op een foto die me bijna van mijn stoel deed vallen van het lachen. Nou ja, als het niet zo grappig was geweest, was het eigenlijk diep tragisch. Het was een foto van Barry Madlener, onze PVV-minister van Infrastructuur en Waterstaat. Meestal moet ik niet zo om Barry lachen, maar op deze foto stond hij wel héél erg potsierlijk te pronken. Hij stond namelijk in een keurig net pak, de haren wapperend in de wind, op een viaduct boven een snelweg waar je de auto’s voorbij zag razen. In zijn handen hield hij een bord dat hij wat onhandig de lucht in leek te willen steken. En nou komt het: op dat bord stond in grote cijfers 130.
Het was een foto die me een inkijkje in Barry’s innerlijk gaf. Eén beeld legde de hele kleinburgerlijke en naargeestige ziel van Barry bloot -en eigenlijk in zijn kielzog die van de hele coalitie.
Maar wat zit ik hier moeilijk te doen met deze beschrijving; ik kan natuurlijk veel beter de foto hieronder even laten zien:
Kort nadat de foto op internet was geplaatst, las ik al de eerste commentaren: dit is populisme ten top. Geen bal krijgen ze voor elkaar, maar o, o, wat zijn we blij dat we nu op drie treurige stukkies snelweg 130 kilometer per uur mogen rijden.
Allemaal waar. En ikzelf zie er vooral ook een grenzeloze kinderachtigheid in. Trots zijn, terwijl je hele 130 kilometerplan op een fiasco is uitgelopen. Blij zijn met drie stukkies, terwijl je eigenlijk heel Nederland tot een 130 kilometer per uur-racebaan had willen verbouwen. En het is niet eens echte trots wat ik zie. Ik zie op de foto vooral een enorme opgestoken middelvinger naar iedereen die zich zorgen maakt over CO2-uitstoot en fijnstof.
Zaten we eindelijk op honderd kilometer per uur, is werkelijk het eerste en enige wat deze vermaledijde coalitie voor elkaar krijgt het opschroeven van de maximum snelheid. Alsof er -godbetert- geen echte problemen in dit land zijn. En dan hebben we het nog niet eens over de extra verkeersdoden die bij het verhogen van de snelheid met dertig kilometer per uur significant blijken te zijn.
Bovendien liet de Algemene rekenkamer weten dat 130 kilometer rijden zelfs tijdverlies oplevert: er ontstaan grotere snelheidsverschillen op de weg waardoor de doorstroming stokt. En, saillant detail: zelfs als je een paar minuten zou winnen met 130 kilometer per uur, dan ben je die tijdwinst weer snel kwijt omdat je vaker moet tanken.
Kortom, het dient geen enkel doel, die kleuters willen gewoon racewagentje spelen en het gaspedaal lekker instampen zodat ze kunnen denken dat ze Max Verstappen zijn.
Klimaat, lange termijn denken -allemaal slap gelul, denkt Barry, die met zijn bord in de hand ons de les wil lezen. Lekker pûh, zegt Barry op de foto. Ik heb schijt aan jullie klimaatdoelen. Ik vind het veel leuker om die klimaatjongens eens lekker op stang te jagen, hier op deze snelweg met mijn 130-kilometerbord in de handen.
Ik zag zelfs haatgevoelens: laten we die 100 kilometer per uur sukkels eens goed te grazen nemen, dat zijn gewoon watjes die niet weten wat autorijden is, lijkt Barry met zijn bord te zeggen. En als ze op onze stukkies tóch100 kilometer blijven rijden, dan duw je die stumperds met je vette Mercedes of BMW gewoon weg. En o ja, je kan makkelijk140 kilometer op je teller aanhouden, want dan zit je qua boete nog altijd veilig.
Zoiets.
Ik vroeg me af waar Barry’s gedrag vandaan komt. Hoe kun je je zó kinderachtig gedragen? Is er iets mis gegaan in zijn opvoeding? Tja, dat zijn te veel moeilijk vragen -daar kom je toch nooit achter.
Maar goed, drie stukkies 130 kilometer per uur zijn er nu. Op zichzelf is dat al historisch: dat deze coalitie überhaupt iets voor elkaar krijgt, ook al is het zoiets stompzinnigs als het verhogen van de maximumsnelheid.
Uiteindelijk ging mijn lach dus toch weer over in boosheid -over schadelijke plannen, en macht gekoppeld aan zoveel domheid. Nou ja, zoals dat gaat: die woede zakte weer weg, en zelfs Barry met zijn bord verdween langzaam uit mijn gedachten. Want er waren wel wat betere en leukere dingen die aandacht vroegen.
Zo was het een lente met erg veel mooi weer, en veel buiten zijn. We hadden een geweldige en ontroerende bruiloft van een dierbare neef en zijn vrouw waar de liefde van afspatte. En last but not least hadden we een ongehoord spannende ontknoping van de eredivisie. PSV toch nog kampioen. Grootse huldiging in Eindhoven
Zo’n huldiging heeft altijd iets onbeholpens. Jonge mannen die schreeuwen dat ze de beste zijn, We are the champions van Queen wordt maar weer eens gedraaid, en de kampioensschaal gaat van hand tot hand. Ja, wat moet je anders op zo’n huldiging? Maar ik moet bekennen dat het natuurlijk ook mijn eigen jongensdroom is geweest om ooit voetbalkampioen van Nederland te worden. Tja, van welke jongen niet?
Zelfs op haar sterfbed vertelde mijn moeder nog hoe vertederd ze was toen ik als lagere schooljongetje met onze zilveren theepot boven het hoofd gehouden eindeloos rond de keukentafel liep, terwijl ik het in pure euforie uitschreeuwde van blijdschap en trots. Ik ging helemaal op in mijn fantasiewereld, waarin ik zojuist in een vol stadion, de Europacup -zo heette dat toen nog- had gewonnen.
Ach ja PSV kampioen. Wie had dat vijf wedstrijden voor het einde gedacht? Hoe kon Ajax het ook zo uit handen geven? Maar ja, als je geen goals scoort, en als je Brobbey al die kansen ziet missen, en …
Zeg, stop eens! We zitten hier niet te wachten op een voetbalanalyse! Ja, jullie hebben gelijk, even een verkeerde afslag.
Maar toen ik zo naar die huldiging van de PSV’ers zat te kijken, dansend met de schaal op een platte kar in het centrum van Eindhoven, popte ineens Barry Madlener weer in mijn gedachten op. En ik kreeg plotseling een verhelderend inzicht. Barry Madlener wilde ook wel eens voor kampioen spelen!
Zijn leven lang heeft Barry al gehoopt dat hij ook eens een keer als een voetbalheld met een schaal boven zijn hoofd op de foto mocht. Precies: topvoetballer worden, dat had Barry veel liever gewild dan zo’n stomme ministerspost in zo’n stom kabinet.
Dus zo zit het, nu wist ik het: Barry Madlener had eindelijk zijn jongensdroom waargemaakt. Hij had die hele 130-kilometerflauwekul alleen maar verzonnen om af te rekenen met zijn jeugd voelbaltrauma’s. Barry heeft zijn eigen zilveren theepot gevonden!
Op een viaduct in Nederland, de haren in de wind. Barry Madlener eindelijk een keer kampioen! Met een verkeersbord als trofee!
Lees het laatste positieve klimaatnieuws hier!