‘The best things in life are free’ zongen de Beatles al. En hoewel de Amsterdamse auto- en vastgoedhandelaar Maup Caransa ooit eens zei dat geld inderdaad niet gelukkig maakt, maar dat hij liever ongelukkig is in een Rolls Royce dan in een tweedehands DAF’je, word je soms overvallen door kleine, gratis geluksmomenten.
Het is me altijd bijgebleven hoe ik jaren geleden zo’n gelukservaring meemaakte. Mijn dochter was pas een jaar of zeven, en ik kon haar geen groter plezier doen dan na het avondeten naar het dorp te wandelen om daar op een zwoele zomeravond een ijsje te halen.
En zo zaten we eens op zo’n mooie avond op een bankje in het parkje aan de vijver, midden in ons dorp. Het leek iets alledaags, niet erg bijzonder. Mijn dochter zat ongegeneerd te genieten van haar ijsje, terwijl ze me honderduit vertelde over school, stomme juffen, vriendinnen… Toen ik overvallen werd door geluk. Daar op dat bankje, in het avondlicht, in het parkje, de eendjes, de vijver, mijn kwebbelende dochter, het was alsof alles op zijn plek viel. Alsof alles op dat moment perfect was, in dat park op die mooie zomeravond. Vooruit, ik beken het maar: van puur geluk sprongen opeens, ogenschijnlijk zonder reden, de tranen in mijn ogen.
Zo’n alledaags en toch intens geluksmoment heb ik niet vaak meer beleefd. Maar het is alsof ik me toen, in ons dorpsparkje, bewust ben geworden van de kracht van stadsparken. Vroeger al, in mijn geboortedorp, was een bezoek met ons gezin aan het eendjespark altijd een feest. Soms zie ik nog de foto’s waarop ik met broers en zussen eendjes voer, of door het park ren.
Later, in mijn studententijd, voetbalden we ons suf in de parken van Amsterdam: het Oosterpark, Westerpark en Vondelpark.
Misschien hebben deze ervaringen mijn liefde voor stadsparken laten opbloeien. Als ik nu in steden kom, vind ik altijd wel een gelegenheid om een park te bezoeken. Eerst de bekende parken: Hyde Park in Londen en Bois de Boulogne in Parijs. En vergeet niet het geweldige Parc du Luxembourg in Parijs: stoeltjes, platanen, vijver en spelende kinderen.
Maar vaak voel ik me nog prettiger in iets minder drukke parken. Favoriet hierbij is het onvergelijkbare Parc des Buttes-Chaumont in Parijs, waar je vanaf de heuvels een geweldig uitzicht over de stad hebt.
Zo langzamerhand kom ik erachter dat het natuurlijk de bijzondere sfeer van zo’n stadpark is die me zo bevalt. Midden in de drukte, te midden van al die levens die maar om je heen voortdenderen, vind je rust. Het gejaagde stadstempo zakt meteen als je het park binnenloopt. Je maakt je letterlijk even los van alle beslommeringen. Alleen ver op de achtergrond hoor je nog het stadsgezoem, waaraan je je even onttrekt. De geluiden zijn ver weg. En ook al zit je midden in de stad, je kunt er even als een quasi-buitenstaander naar kijken .Juist die afstand en de rust te midden van alle hectiek maken het zo aantrekkelijk.

Amsterdam, Nieuwezijds Voorburgwal
Helemaal geweldig vind ik de terloopse parkjes, die schijnbaar per ongeluk zijn ontstaan. Mooiste voorbeeld hiervan is het High Line Park in New York. Een oude, vervallen spoorlijn in het Meatpacking District in New York. Eens een buurt van niks, waar het bloed uit de slachthuizen over straat sijpelde. Totdat buurtbewoners de koppen bij elkaar staken en het voor elkaar kregen dat het traject van de oude spoorlijn werd omgetoverd tot een prachtig park van ruim twee kilometer lang. Een burgerinitiatief met grote impact. Een geweldige impuls voor de vervallen buurt, en nu een van de mooiste parken van New York.
In Parijs vinden we ook zo’n park: de Coulée Verte, gemaakt op een oud spoortraject. Ik ben eens speciaal voor dat park -omdat ik het nog nooit had gezien- naar Parijs gegaan. En ik moet zeggen: het stelde me niet teleur. Natuurlijk, het is geen grote attractie of stadsicoon, maar in zijn charmante bescheidenheid sprak het bij mij zeer tot de verbeelding.
En in Amsterdam is me eigenlijk pas sinds kort een groenstrook -of park, ik weet ook niet hoe ik het moet noemen- langs de trambaan aan de Nieuwezijds Voorburgwal opgevallen. Een beetje groen langs de trambaan, een paar bomen, een bankje, en in no time heb je weer een
Hele leuke stadsoase te pakken.

Amsterdam, Nieuwezijds Voorburgwal
Nou is er de laatste tijd redelijk wat aandacht voor groen in de stad. En terecht. De bomen die koelte brengenin ons steeds warmere klimaat, het verbeteren van biodiversiteit, maar vooral ook de geestelijke rust die groen in de stad ons brengt, zijn nauwelijks te overschatten.
Ik heb weleens de indruk dat architecten niet altijd fan zijn van bomen, want die belemmeren het zicht op de bouwwerken. Maar het moet toch mogelijk zijn om in Nederland meer Nieuwezijds Voorburgwallen te creëren? Met een paar struiken en bomen maak je van het meest afzichtelijke stukje stad al een aantrekkelijk gebiedje.
Wat zou het fantastisch zijn om met zo’n kleine ingreep vervallen stukjes stad weer om te toveren in stadoases waar je graag wilt zijn, in plaats van dat je er met een grote boog omheen loopt. Ik zou zeggen: ga eens na welke plekken dat bij jou in de buurt zouden kunnen zijn. Zeker weten dat we tot heel wat plekken komen.

Amsterdam, Nieuwezijds Voorburgwal
Verdorie, ik word er helemaal enthousiast van. Kunnen we niet de Nationale Parkaanlegdagen in het leven roepen? (Alleen al een paar bomen op het Leidseplein of het Rembrandtplein zouden zoveel goeddoen. Waar komt toch die rare Nederlandse gewoonte vandaan om geen bomen op pleinen te planten? Iedereen die weleens in een Frans dorpje is geweest, weet wat een paar platanen aan sfeer en koelte kunnen brengen).
Gelukkig bestaat er al een fantastische stichting Trees for all, die bomen plant in en rond Amsterdam. Kunnen we dat initiatief niet uitbreiden tot álle steden in Nederland?
Anyway, enkele weken geleden liep ik met mijn dochter -inmiddels allang volwassen- door het Rembrandtpark in Amsterdam-West. En verdomd, daar was het weer. De rust, de ruisende bomen, het stadsgezoem op de achtergrond. Dit keer sprongen de tranen niet in mijn ogen, maar ik zat daar, in dat Rembrandtpark, weer erg dicht tegen een ultiem geluksmomentje aan.
En o ja: je kunt natuurlijk gewoon donateur worden van de stichting Trees for all. Gewoon doen, want elk boompje is het waard geplant te worden. En misschien zit er voor je het weet iemand op een mooie zomeravond met zijn dochter, onder die boom, zielsgelukkig en vredig een ijsje te eten.
Meer weten over groen in de stad? of hoe jij zelf eraan kan bijdrage? Koop nu de editie, een groene stad in bloei! Leuk om te lezen deze zomer. Bestel het nummer hier!