Plotseling overkwam het me deze week: ik werd overvallen door een mooi en waardevol inzicht. Niet dat het geheel nieuw voor me was, maar door de compacte en heldere formulering voelde het toch alsof de schellen van mijn ogen vielen.
Even een korte aanloop: mijn zoon appte mij dat hij een mooi boek had gelezen dat hem wel wat voor mij leek. Het ging over ‘Tot in de Hemel’ van Richard Powers. Ik ben dol op dit soort tips, omdat je daarmee opeens op heel andere sporen wordt gezet, waar je zelf nooit op zou zijn gekomen.
Goed, ik dus dat boek kopen. Dat was even schrikken: een pil van meer dan zeshonderd pagina’s. Maar goed, zo snel ben ik niet van de leg, dus op deze stormachtige herfstavonden kruip ik lekker op de bank onder de leeslamp. En ja, er valt niks anders van te maken: het is geweldig. En als je het niet van mij gelooft, geloof het dan in ieder geval van Barack Obama, die het een van zijn favoriete boeken noemde.
Waar gaat het over? Dat is nog niet zo makkelijk te zeggen. Het boek draait om een negental hoofdpersonen waarbij bomen -ja, je leest het goed: bomen- een beslissende betekenis hebben gespeeld in hun leven. Zo is er een familie die van generatie op generatie al meer dan honderd jaar lang vanaf een vast standpunt elke maand een foto maakt van een kastanjeboom op het erf. Er is een man die als kind uit een boom is gevallen en invalide is geworden. Er zijn activisten die zich bijna vereenzelvigen met een boom. Er is een oorlogsveteraan die in Vietnam met zijn parachute in een boom is blijven hangen en later milieuactivist word. En er zijn mensen die maandenlang bovenin een boom wonen. Nou ja, de meest wonderlijke personages passeren de revue. Uiteindelijk groeien al deze mensenlevens naar elkaar toe, maar dat moeten jullie verder zelf maar gaan lezen.
ik wil het hier vooral hebben over een van de hoofdfiguren uit het boek, Patricia Westerford, een wetenschapster met een levenslange passie voor bomen. Zij ontwikkelt de theorie dat bomen, onder andere via een uitgebreid ondergronds netwerk van schimmels, veel meer met elkaar communiceren -ja, communiceren- dan dat wij voor mogelijk hielden.
Het wetenschappelijk artikel dat ze publiceert wordt aanvankelijk weggehoond, maar jaren later wordt ze gerehabiliteerd. Overigens is er in werkelijkheid nog veel onbekend en ook veel controverse over het communiceren van bomen, maar dat er op dit gebied bij bomen meer gaande is dan we twintig jaar geleden dachten, zoveel is nu wel duidelijk.
Anyway, deze wetenschapster wordt als getuige opgeroepen in een zaak van milieuactivisten tegen een groot houtverwerkingsbedrijf. De Advocaten van dat bedrijf zijn een beetje lacherig en schamper tegen Patricia. Ze zullen immers echt wel bomen terugplaatsen. Maar Patricia toont aan dat zelfs het weghalen van bomen kevers verstoren die niet alleen zelf leven van de boom, maar als tegenprestatie de boom ook gezond en sterk houden. En, ook niet onbelangrijk: verrotting en bederf geven extra waarde aan het bos en maken het weerbaar. Dat alles kan de grote houtverwerkingsmaatschappij het bos niet bieden.
“Waarom niet?” vragen de advocaten aan Patricia.
En nu komt het: ‘omdat ecosystemen zich altijd proberen te ontwikkelen naar meer diversiteit, en de markten zich altijd proberen te ontwikkelen naar meer uniformiteit’, zei Patricia.
Ik dacht even dat ik van mijn stoel viel. Dat is het nou net. Dat is nou precies waarom ecologie en marktmechanismen zich zo moeilijk laten combineren.
Natuur selecteert om het hele systeem weerbaar en houdbaar te maken, vooral op de lange termijn. Naar winst voor het ecosysteem als geheel dus. De markt streeft naar efficiency op de korte termijn, naar schaalvergroting, naar winst voor de grootste, en vernietiging van al het andere.
Schaalvergroting en uniformiteit van de productie, schaalvergroting en uniformiteit van de productiemethoden en uiteindelijk ook schaalvergroting en uniformiteit -door overnames van kleinere ondernemingen- van de ondernemingen zelf.
Als je de natuur zich zelfstandig laat ontwikkelen ontstaat er vanzelf een enorm web van verschillende soorten aan planten, dieren en schimmels. Laat je de markt zijn gang gaan, dan ontstaan er op de lange termijn slechts een handvol firma’s met een monopoliepositie die eenvormigheid in de hand werkt.
Nou ja, als je op die manier naar de wereld kijkt, zie je het overal om je heen.
Laat het boerenland zijn gang gaan en er ontstaat een mer à boire van vogels, insecten, bloemen, kruiden en zelfs grassoorten. Laat je de markt los op datzelfde boerenbedrijf dan ontstaat er één grote monocultuur van eenvormigheid. Efficiënt en winstverhogend op de korte termijn, maar vernietigend voor de natuurlijke sterkte van het systeem, vatbaar voor ziektes en op termijn zelfs minder financieel winstgevend.
Natuur neigt naar diversificatie, de markt naar uniformiteit.
Kijk naar de bosbouw. Laat een bos zijn gang gaan en er ontstaat een enorme diversiteit aan insecten, plantjes, schimmels en paddenstoelen. Ga naar een gemiddelde boomkwekerij en je ziet eindeloze rijen kerstbomen die niet oud zullen worden en ook nooit zullen verrotten.
Ja, misschien vind je het niet zo verrassend, maar ik vond het helder en de spijker op zijn kop. Let er maar eens op: als je met dit inzicht van Patricia Westerford naar natuur en markt kijkt vallen er veel puzzelstukjes op hun plaats.
O ja, op sommige terreinen neigt de markt niet naar eenvormigheid: de eindeloze hoeveelheid soorten snoeren, stekkers en batterijen die we voor onze digitale devices genoodzaakt zijn aan te schaffen. Je wordt er gek van en je kunt je er heerlijk aan ergeren. Alleen een niet-marktpartij, de Europese Unie dus, is in staat om met regelgeving de belangen van de consument te beschermen.
We kunnen aan de stelling van Patricia Westerford dus nog toevoegen dat de markt alleen naar diversiteit streeft als dat gunstig is voor de marktpartij, en het ten koste gaat van de natuur, in dit geval de moderne, digitale mens.
Ja mensen, zeshonderd pagina’s. Maar doe het. Zo’n mooi boek, met zoveel mooie inzichten.
En niet te vergeten: heel veel knusse, stormachtige herfstmaanden met een kopje thee op de bank onder de leeslamp.
Huiselijker gaat het niet worden!
Bron: Richard Powers, Tot in de hemel (oorspronkelijke titel The Overstory), 2018, Atlas Contact

